07-09-2011

WIJ WAARSCHUWEN CHINA VOOR DE LAATSTE MAAL


In China hebben ze een boekenbeurs gehouden. Een hele grote naar het schijnt. En Nederlands was gastland. Nu lopen in dat land een heleboel zaken niet helemaal zoals ze zouden moeten lopen. Beter gezegd: zoals wij vinden dat ze zouden moeten lopen. Vrijheid van meningsuiting is daar bijvoorbeeld niet zo vanzelfsprekend. Denk maar aan wat ze met Ai Weiwei gedaan hebben en nog steeds doen.
Maar China is tegelijkertijd ook een enorme groeimarkt. Dus werd er gretig ingegaan op deze uitnodiging. Daar is op zich helemaal niets mis mee. De kachel moet branden ook bij uitgevers en schrijvers. Bertolt Brecht schreef het al in zijn Dreigroschenoper: ‘Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moral’.
Met die ‘Moral’ is het nogal vreemd gesteld. Toen eenmaal duidelijk was wie er allemaal in de delegatie zat die Nederland in China zou gaan vertegenwoordigen begon het gedonder. Amnesty wilde dat de leden van de delegatie allemaal een speldje droegen. Weer anderen vonden dat ze helemaal niet moesten gaan. Nog weer anderen dat ze wel moesten gaan maar wel de Chinese hoogwaardigheidsbekleders duidelijk en onverschrokken in hun gezicht zeggen dat ze het niet eens waren met hun beleid. Enfin, iedereen begon door elkaar te roepen. Er werden intelligente argumenten aangevoerd waarom je dit wel en dat juist niet moest doen. We hoorden en lazen natuurlijk ook erg veel domme dingen. Dat kan ook niet anders. Iedereen voelde zich aangevallen en schoot gelijk in de verdediging. Één ding was al vanaf het begin duidelijk: geen enkele Chinese dissident schoot er ook maar iets mee op. Het was zoals wel vaker een typische Nederlandse ideeënstrijd.
‘Wij waarschuwen China voor de laatste maal’ kopte De Telegraaf eind jaren dertig op de voorpagina. Veel is er blijkbaar niet veranderd in Nederland.
Ik moest denken aan Karel van het Reve. In 1967 en 1968 was hij correspondent voor Het Parool in Moskou. Hij schafte zich een bontmuts aan en ging als Rus onder de Russen onopvallend over straat. Hij droeg bijvoorbeeld geen speldjes van Amnesty. Maar dronk wel thee met dissidenten als Andrej Amalrik, Pavel Litvinov en Andrej Sacharov in schemerige achterkamertjes en smokkelde hun manuscripten het land uit. Het werk van Sacharov is dankzij Van het Reve trouwens in het Westen bekend geworden. Kijk, aan zo iemand hadden ze nog eens wat. Achteraf bekeken is het eigenlijk helemaal niet verwonderlijk dat J.M.A. Biesheuvel korte tijd gedacht heeft dat Karel God was.